194. M. ter Braak aan E. du Perron
Eibergen, 17 Juli '32

aant.

Beste Eddy Je panopticum nog juist in R. ontvangen en sofort naar Bouws doorgezonden. Ik ben het er natuurlijk gloeiend mee eens; en het is zeer geslaagd naar den vorm ook. Alleen: laat ook het slot staan, om mij een plezier te doen! Het is volkomen begrijpelijk en eventueel kun je er Bloem nog wel bij vermelden. Toevallig stuurde een onbekende hand mij ingesloten knipsel uit de Prov. Groninger Courant, waaruit nog eens blijkt, hoe slecht de burgerman zulk soort bedankjes verkroppen kan; overigens een voorbeeld van walgelijke geesteloosheid. Daarom is de passage over het zitvlak zeer goed; ik had uitsluitend deze bedenking (diplomatie!), dat Anthonie Donker in den laatsten tijd door ons te veel wordt genoemd, zoodat hij toevalligerwijze de eenige van zijn soort schijnt. Kun je niet een ander exemplaar vinden? - Als je dus toch het slot wilt weglaten, bericht dan zelf Bouws nog even. Ik vind het te aardig.

Deze brief zal je wel uit Gistoux worden opgezonden naar de Ardennen. Mijn plannen zijn nu als volgt. Ant kan helaas niet mee, want zij heeft al een oudere afspraak, om met haar vader op reis te gaan. Nu heb ik half en half met Wim afgesproken, om op reis te gaan, maar wij hebben beide weinig geld. Vind jullie het nu geen goed idee, als wij beiden een week in de Ardennen komen? Dat zou dan waarschijnlijk zijn tusschen 28 Juli en 4 Augustus, als jullie dan ‘op orde’ zijn. Schrijf spoedig, hoe je

[p. 256]

dat plan bevalt. Ik zit nu tot Woensdag 20 Juli in Eibergen en daarna bij Ant [dit ook voor mijn adres!]. Van Zutfen kan ik dan regelrecht naar België gaan.

Mag ik nu even mevrouw hebben? Het citaat uit Byron is uitstekend en slaat precies op mijn bedoelingen. Is het van Byron zelf of van Maurois? Ik wil het graag gebruiken, maar zou me daarbij willen voorstellen, in welk verband het staat.

Ik ben toevallig in de Pensées van Pascal gevallen en weer eens enthousiast. Ken jullie die man eigenlijk ten voeten uit? Ik niet. Het is werkelijk enorm door directheid en intelligentie. In 34 ± 36 staat alles, wat wij schuchter in Forum poneeren tegenover de aestheten en specialisten. En dit is van ± 1650! Er zijn toch eenige wezens, die elkaar over afgronden de hand reiken en waarvoor ‘tijd’ weinig ter zake doet. Dit versterkt mij in mijn meening, dat ‘intelligentie’ iets omschrijfbaars is, althans sedert de Renaissance als term aan een behoefte van een zekere slag van menschen beantwoordt. Ik zie althans steeds meer van die eilanden: Pascal, Montaigne, Stendhal, Multatuli, Nietzsche, Dostojewski. Ik schreef uit Pascal een citaat over, bestemd voor zijn mede apologeet v. Duinkerken (wat een verschil!!): ‘Ceux qui font les antithèses en forçant les mots sont comme ceux qui font de fausses fenêtres pour la symétrie: leur règle n'est pas de parler juste, mais de faire des figures justes.’

Jane Austen is mooi, de plaatjes zijn ‘beeldig’. Dit slaat voorloopig alleen nog op het uiterlijke, ik las er nog niet in

hart. gr. voor jullie beiden

je Menno

vorige | volgende in deze correspondentie
vorige | volgende in alle correspondentie