Menno ter Braak
aan
Giacomo Antonini

Zutphen, 28 december 1937

Zutfen, 28 Dec. '37

 

Beste Gino,

Je zult me wel vervloeken om mijn vervloekte zwijgzaamheid, want het eenige dat je in tijden van mij vernomen hebt is het geretourneerde manuscript van Lussu, dat je, hoop ik, bereikt heeft. Het is onvergeeflijk en schandalig, ik weet het; maar je moet deze onhebbelijkheid toeschrijven aan mijn afkeer van schrijven, die altijd ontstaat in de drukke wintermaanden -ditmaal werkelijk zeer druk. Ik kan dan gewoonweg de pen niet meer voeren buiten de journalistiek om en stel alles uit, tot er haast afstel van komt, ook Chiaro, die mij een briefje schreef, wacht nog op antwoord. Ik ben er nu een paar dagen uitgeknepen, want het liep me over den kop; één week zat ik iedere avond in den Schouwburg.

Voor het ms. van Chiaro heb ik moeite gedaan, maar dit maal zonder resultaat. Ik zal nog eens nadenken over ev. mogelijkheden. Hij heeft zeker zelf wel een andere copie van het artikel? De revolutieroman moet ik nog lezen; ik ben tot niets gekomen, ver[geving]!

Met veel belangstelling las ik je interview met Rougemont (dat ik in het zondagsblad plaatste, onder je eigen naam). Ik heb n.l. zijn ‘Penser avec les Mains’ en ‘Journal d'un Intellectuel en Chômage’ gelezen, en ben voortdurend getroffen door de overeenkomst met mijn eigen denken en formuleeringen. Toch las ik nooit iets van hem, en hij uiteraard nooit iets van mij. Het zit dus in de lucht. Ik ben van plan a.s. zondag een artikel aan hem te wijden, want hij lijkt me een belangrijke figuur, vooral ook om zijn houding tegenover communisme en fascisme beide, die precies de mijne zijn.

Zou je mij, als je me tenminste nog niet uit het hart hebt gerukt vanwege mijn zwijgzaamheid, zijn adres kunnen opgeven? Ik zou hem n.l. graag eens willen schrijven, en ook het bewuste artikel toezenden.

Wat de vertalingsmogelijkheden van mijn ‘Christenen’ betreft: ik ben fatalistisch. ‘Mass und Wert’, het tijdschrift van Mann, brengt binnenkort een der hoofdstukken in Duitsche vertaling. Dank nog voor je bemoeiingen.

Tot nader! Veel hart.gr. van

je Menno

 

Van Eddy relatief goede berichten, hij gaat nu binnenkort bij het Landsarchief te Batavia aan het werk. Als Bep nu het klimaat maar redelijk verdragen blijft, is er voorloopig veel gewonnen.

 

Origineel: Den Haag, Letterkundig Museum

vorige | volgende in deze correspondentie
vorige | volgende in alle correspondentie