Menno ter Braak
aan
J. Clausen

Amsterdam, 4 januari 1928

4 Jan. 1928

Zeer geachte Heer Clausen

Hierbij een critiek van den Heer Huijts voor Filmliga 14 Jan., waarom ik hem verzocht had; kan dus gezet worden, is in orde. Misschien wilt U hem zelf even proef zenden eerstdaags? Wilt U tevens aan de redactie meedeelen, als zij vergadert voor mijn terugkomst, dat de critiek er is?

Verder een aan mijn adres gezonden artikel uit Parijs. Wilt U het aan de redactie ter beoordeeling voorleggen? Is waarschijnlijk voor het zesde nummer. Zegt u aan de Redactie namens mij, dat het stuk van dezen Heer Silka, een vriend van Fritz Rosenfeld, mij voor Filmliga geknipt lijkt.

Proef van dissertatie heb ik in dank ontvangen. Proef Huijts zond ik hem zelf ter correctie. U ontvangt dus van mij deze of begin volgende week de repliek daarop.

Ik kom dus Zaterdagavond terug.

Ingesloten nog een concept convocatie, die ik Maandagmorgen kom corrigeeren en die dus in den loop van den dag moet worden afgedrukt. Verzending uiterlijk Dinsdagmorgen! Typografie: magere letter als vorige.

m.vr.gr., hoogachtend

Menno ter Braak

bijlage Tevens 3 nieuwe pag. diss.

Origineel: Amsterdam, EYE Film Instituut Nederland

vorige | volgende in deze correspondentie
vorige | volgende in alle correspondentie