Johan Huijts
aan
Menno ter Braak

Rotterdam, 4 oktober 1927

4 October 1927

Waarde heer ter Braak!

Vanochtend zag ik pas, in het verslag van Binnendijk, dat Rien que les heures in Amsterdam niet vertoond is. Indien de bedoeling is, dat het ook in de andere afdeelingen weg zal vallen, moet ik dat ernstig betreuren. We moeten er ons van het eerste oogenblik af voor hoeden niet dingen te beloven, die tenslotte weer achterwege blijven. En voor de eerste voorstelling had dit wel het allermeest gegolden. Het lijkt me trouwens onjuist, dat het dagelijksch bestuur van de Nederl. liga (tenslotte de afdeeling Amsterdam), nadat het program vastgesteld en aan de afdeelingen meegedeeld is, daarin zonder overleg, zonder eenig bericht zelfs, nog aanzienlijke veranderingen aanbrengt. Een ander desideratum is, dat voortaan het programma zóó zal zijn ingericht, dat daarin eventueele extra's, voor welke afdeeling ook, als zoodanig worden aangeduid. Het geval ligt nu zoo, dat wanneer Rien que les heures ook niet komt, ik moet meedeelen dat twee van de vijf nummers vervallen. Wilt met Pelster de mogelijkheid overwegen Rien que les heures alsnog te handhaven en in elk geval motiveeren, waarom dat eventueel niet kan. Want de plaatselijke besturen hebben een verantwoordelijkheid jegens hun leden.

Vergeef me dit gestreng, maar noodzakelijk requisitoir

Met vr. gr.

Uw

Johan Huijts

Origineel: Amsterdam, EYE Film Instituut Nederland

vorige | volgende in deze correspondentie
vorige | volgende in alle correspondentie