[p. 110]

Boulevardismen

De Pier

De mensch, die de zee betreedt, is een niet minder ‘bijtend’ sarcasme, dan de vloo, die den mensch betreedt.

 

De eenheid der tegendeelen is het tegendeel van eenheid.

 

Waar de demi-monde zijn fatsoenlijken naam verliest, begint de ambtenaar.

 

Dit is de grootste psychanalytische uitvinding dezer eeuw: De ‘bekoring des Vleesches’ is die des ‘Geestes’. Vergelijk de boulevard en het stille strand.

 

Scheveningen op zijn best: De Hollandsche aardappel op een brooze vruchtenschaal.

Normaal: Een doorzichtig complot tusschen zon en kleine bourgeoisie.

 

Op zijn slechtst: Het einde van den Ouden Scheveningschen Weg.

 

Geen sportiever demonstratie der Eindigheid dan de eindelooze boulevard.

 

Een badplaats in het rijk van Karel den Vijfden ware niet te exploiteeren geweest.

Want de zon ging er nooit onder.

Klacht

Terug naar de natuur! Van de plombière naar de volvette melk! Van de bains mixtes naar Aphrodite, ontstegen aan de koppen der golven! Maar ach, de

[p. 111]

weg van Scheveningen naar Kupros is lang en tramloos.

 

Scheveningen, Juli 1924

 

19 augustus 1924

Murena