Voorloopige invrijheidstelling
‘Liberté Provisoire’ van Michel Duran
Het Masker

Een man, die door de politie gezocht wordt, verbergt zich in het huis van een vrouw, en die vrouw, na eerst den noodigen angst voor den indringer te hebben gevoeld, wordt op den indringer verliefd. Een gegeven, dat niet volstrekt overloopt van originaliteit, en vooral ook bij de film zeer in trek is. Maar Michel Duran is er in geslaagd van het thema een versie te geven, die een aantal nieuwe variaties toevoegt aan het grondmotief. De man, die door de politie gezocht wordt, is ditmaal geen moordenaar, maar een deserteur en communist (of anarchist, de politieke geloofsbelijdenis wordt niet zoo erg helder uitgewerkt); dat maakt het voor de vrouw, die ditmaal Madeleine Courtois heet, gemakkelijk om hem te gaan liefhebben, want een deserteur, die niet aan de kuddemoraal heeft willen gehoorzamen, maar wel blijk geeft van persoonlijken moed, is voor een vrouw met een gevoelige ziel een aantrekkelijk object. Gérard, de opgejaagde, blijft dus in het huis van Madeleine voor de nasporingen veilig, zoolang de agenten voor de deur posten (al geeft een en ander geen hoogen dunk van de snuggerheid der Fransche politie); zelfs versmaadt Madeleine geen trucs om haar gevangene nog langer vast te houden dan noodig is, vanwege de ontloken liefde. Maar er is nog een autofabrikant, Barnaud, die het er op gezet heeft Madeleine te ‘bezitten’, zonder dat zij daarvoor ook maar iets voelt; deze Barnaud komt in botsing met Gérard, wanneer hij op een vrij onhebbelijke manier binnendringt, en ‘koopt’ Madeleine voor de vrijheid van Gérard; d.w.z. hij laat hem door de recherche over de grens zetten. Dit alles, terwijl hij weet, dat de vrouw, die hij tot de zijne wil maken, den vogelvrij verklaarde liefheeft, en niet hem.

Een met talent geschreven stuk niet zeer sterk van stijl (het is afwisselend humoristisch en tragisch van toon), maar wel vlot geconcipieerd en gelegenheid te over biedend voor sterk spel. De twee eerste bedrijven zijn van een charmante luchtigheid; de intrige is hier nog in een provisorisch stadium, de dialoog heeft daar alle voordeel van. De twee laatste acten maken meer ernst met de zaak en ten slotte maakt de luchtigheid zelfs geheel plaats voor een bar conflict tusschen Madeleine en den autofabrikant, die voor niets staat. En het einde komt met een bootreis van Madeleine in het vooruitzicht, die doet veronderstellen, dat zij Gérard op den duur toch wel weer tegen Barnaud zal kunnen inruilen.

De speelmogelijkheden zijn vele, en ‘Het Masker’ maakt er een zeer goed gebruik van. In de eerste plaats is Ank van der Moer te noemen als een zuiver aangevoelde en met veel distinctie gespeelde Madeleine. De rol is de groote rol van het stuk, en deze actrice toont er zich volkomen voor berekend; zij maakt deze society-dame met haar romantisch avontuur zeer levend. Dick van Veen is de communist Gérard; hij geeft van dezen man een sportieve creatie, die bij momenten ook wel bevredigde; maar er moet uit de rol meer te halen zijn. Met name de politieke en maatschappelijke situatie van Gérard had veel indringender gemotiveerd kunnen worden dan Van Veen het hier deed. Zooals b.v. Gimberg (in wiens handen ook de regie was) als de loodgieter Ducroux; over diens identiteit en aandeel aan de politieke actie behoefde men geen oogenblik in twijfel te verkeeren, zoo voortreffelijk kwam dit type tot zijn recht!

Een prachtige oude dienstmeid zagen wij hier van Anna Sablairolles; het is een genoegen op zichzelf om een dergelijke niet groote, maar zorgvuldig afgewerkte rol in het verband van het geheel te zien uitkomen. John Gobau gaf een bruut van een autofabrikant; wel erg bruut, maar de tekst laat hem geen keus, en er zijn zulke mannen, dat moet gezegd worden. Verdienstelijk spel was er voorts van Emile van Stuwe als den eersten minnaar van Madeleine, Hulin, terwijl Ko Arnoldi en Georgette Reyewsky met smaak en gracie voor een paar kleinere rollen zorgden.

Een avond van goed tooneel, dat men bij herhaling gaarne een wat voller zaal zou gunnen dan de niet overmatig bezette van gisteravond. Het applaus was hartelijk en gemeend.

M.t.B.