Kunst en Letteren
Miguel de Unamuno overleden

Symbool van het tragische Spanje
Nietzsche en het katholicisme vinden elkaar

De Spaansche schrijver prof. Miguel de Unamuno is gisteren na een kortstondige ziekte te Salamanca overleden. Hij bereikte den leeftijd van 73 jaar.

Wel zelden zal een sterfgeval in de wereld van den geest op zulk een tragisch moment zijn gekomen als de dood van Miguel de Unamuno. Midden in den Spaanschen chaos gaat de man heen, die er zoozeer bij betrokken was, dat hij zelfs in zijn partijkiezen nog een element van ....partijloosheid wist te bewaren. Want Unamuno koos de partij der generaals, omdat hij van het anarchisme en de idee-loosheid van het moderne Spanje geen enkel heil verwachtte; hij koos echter bewust een vijand, waarvan hij de betrekkelijke waarde als bondgenoot volkomen besefte. Zoo zeide Unamuno nog zeer onlangs in een interview met den Amerikaanschen journalist Knickerbocker, dat hij de anarchisten voor ‘stapelkrankzinnig’ hield.

‘Krankzinnig, stapelkrankzinnig! En die menigte heeft nu de overhand! Zij heeft geen ideeën en geen idealen. Zij heeft geen andere gedachte, dan een krachtigen, waanzinnigen drang om te vernielen.’

‘Maar,’ voegde hij er aan toe, ‘ikzelf ben noch rechts noch links georienteerd, ik ben niet veranderd.’ Het regime van Madrid is gewijzigd, aldus de professor. ‘Als alles voorbij is, ben ik er zeker van, dat ik mij als altijd tegen de overwinnaars zal keeren.’

Een tragische figuur: Don Quichote.

Dit is de complete Unamuno: een Don Quichote vol van tegenstellingen, maar ook vol van onbluschbaar élan voor de zuiverheid van het individualisme en de individueele verantwoording. Deze auteur, die aan Don Quichote een van zijn beste geschriften heeft gewijd, vertegenwoordigt diens geest meer dan welke andere Spaansche schrijver ook. Hij is bij uitstek een tragische figuur; tegenover Ortéga y Gasset, den academischen, in wezen zeker niet tragischen denker, is de Bask Unamuno een vat vol onopgeloste tegenstrijdigheden gebleven. Hij moge dan al geen anarchist à la lettre zijn geweest, er is toch veel in zijn mentaliteit, dat in ‘hoogeren zin’ anarchistisch genoemd moet worden. Don Quichote is op zijn manier ook een anarchist. Maar wat Unamuno in het anarchisme van Bakoenin c.s. verafschuwde, was het absolute ledige van een tot principe verheven ressentiment.
‘Welke idee is bij dit conflict in het spel? Geen enkele. Er is geen idee, alleen het absoluut ledige. Deze oorlog zal nog zeer lang duren. Het land zal er verminkt, bloedend en voor jaren geruineerd uit te voorschijn komen....’

Aldus Unamuno in een ander interview uit den laatsten tijd, waarin hij zijn pessimisme uitsprak ten opzichte van de hedendaagsche jeugd.

‘Ik verwacht niets van de jeugd. Voetbal, bioscoop.... Er zijn onder de jongeren brillante persoonlijkheden, die ik waardeer en ken, die individuen blijven. Maar de jeugd van thans voert aan beide kanten woedend den oorlog en geeft zich daar geheel aan over. Zij laat zich drijven op politieke leerstellingen, die de negatie van het denken zijn, en laat de verantwoordelijkheid om voor allen te denken over aan één man.’

Desperado van het individualisme.

Dat deze denker zich bij de partij der opstandelingen schaarde, is dus moeilijk anders te verklaren dan als een noodsprong van een tot desperado geworden individualist; hij, die eens de martelaar der republiek werd onder Primo de Rivera, werd zoodoende nog in het laatste van zijn leven haar tegenstander. Met het gebrek aan piëteit, dat iederen burgeroorlog kenmerkt, schreven de Madrileensche bladen over de ‘kakatoe’ van Salamanca. Unamuno's grootheid ligt niet binnen het bereik van de thans strijdende partijen. Het is gestorven als Don Quichote, maar zonder diens ‘bekeering’ op het sterfbed.

Welk een verschil met den dood van Pirandello! Deze Italiaan was eigenlijk al zoozeer in zijn relativisme gecanoniseerd, dat men geen verrassingen meer van hem kon verwachten. Unamuno daarentegen was, ondanks zijn hoogen leeftijd, nog altijd de vitaliteit en de verrassing, zelve. Wat men ook van hem kan zeggen: niet, dat hij was vastgeroest in zijn eigen ‘leer’. Hij was het geweten van zijn land, dat hij gediend heeft met alle krachten, die in hem waren; voorbeeld van non-conformisme en verzet tegen de waarden, die de persoonlijke waarden bedreigen.

Leven en werken.

Miguel de Unamuno werd in 1864 te Bilbao uit Baskische ouders geboren. Hij vertelt zelf, hoe een van zijn voorvaderen, messenmaker in Biscaye, door de inquisitie als ketter werd verbrand. Na te Madrid te hebben gestudeerd, werd hij professor in het Grieksch en later rector van de Universiteit te Salamanca. Op deze plaats werd Unamuno al spoedig de geestelijke leider van de jeugd. Nietzsche en Kierkegaard hadden grooten invloed op de vorming van den denker, al is Unamuno steeds een typisch-nationale figuur gebleven, gedrenkt in het dualisme van zijn land.

In 1895 verschenen zijn eerste essays onder den titel: ‘En torno al Casticismo’, een eerste poging om het wezen der Spanjaarden te doorgronden. Zijn eerste roman (1897) heette ‘Paz en la Guerra’. In 1905 verschijnt het bekende werk over Don Quichote en Sancho Panza, waarin Unamuno zijn uiterst persoonlijke visie geeft op de figuur door Cervantes geschapen. Zijn theorie heeft deze auteur o.m. ook duidelijk neergelegd in ‘Het tragische Levensgevoel’ (in Duitsche vertaling verschenen, ingeleid door Curtius) en ‘Agonie van het Christendom’ (eveneens Duitsche vert.). Maar behalve theoretisch denker, uitstekend essayist, voorstander van een nationaal Spaansch geestesleven zonder de reactionaire eigenschappen van een valsch nationalisme, is Unamuno belangrijk als romancier en novellist. Zij zijn grootendeels autobiografisch getint; de ideeën van den auteur spreken duidelijk door de personages of zelfs door den auteur in eigen persoon. O.m. publiceerde Unamuno, behalve de reeds genoemde werken, ‘Amor y Pedagogia’, ‘Niebla’, ‘Abel Sanchez’, ‘La tia Tula’, ‘San Manuel Bueno’. De laatste drie boeken zijn door dr Geers in het Nederlandsch vertaald.

In 1924 werd Unamuno wegens zijn onafhankelijke politieke opvattingen door Primo de Rivera naar de Kanarische eilanden verbannen; vervolgens woonde hij als balling te Parijs, tot de troonsafstand van Alfons XIII hem in de gelegenheid stelde naar Spanje terug te keeren.

Heilige en ongeloovige.

In de novelle ‘San Manuel Bueno’ heeft Unamuno een uitstekend beeld gegeven van de tweespalt tusschen geloof en ongeloof (het ‘agoniseerend Christendom’), waarvan hij zelf het symbool is geworden.

‘Ik ben er om de zielen van mijn parochianen te laten leven’, zegt Don Manuel ergens in deze novelle, ‘om hen gelukkig te maken, om te maken, dat ze zich voor onsterflijk houden, en niet om hen te dooden. Hier is noodig, dat ze gezond leven, dat ze leven in eensgezinde opvatting; en met de waarheid, met mijn waarheid, zouden ze niet leven. Laat hen leven. En dat doet de Kerk: hen laten leven. Ware godsdienst? Alle godsdiensten zijn waar, voorzoover ze de volken waar ze beleden worden, geestelijk laten leven, voorzoover ze hen er over troosten, dat ze moesten geboren worden om te sterven. En voor elk volk is de zijne, die waardoor dat volk gevormd is, de ware. En de mijne? De mijne is mezelf te troosten door anderen te troosten, al is de troost die ik hun geef, niet de mijne.’

Zoo luidt de biecht van den heiligen Manuel tegenover Lazaro, dien hij met zijn waarheid wil winnen, omdat hij weet, dat hij hem met de waarheid der anderen niet winnen kan. En inderdaad, hij wint Lazaro, die zijn volgeling wordt en afstand doet van zijn vooruitstrevend anticlericalisme om de waarheid voor de sterken, de waarheid der twee waarheden naast elkaar, te aanvaarden.

In zijn Don Manuel vereenigt Unamuno dus eigenlijk den Pilatusgeest (de Nietzscheaansche aanvaarding van het leven en verwerping van het Christendom) met het katholicisme (het besef van heiligheid en hiërarchie); een Don Manuel kan een ongeloovige zijn en een heilige tegelijk, omdat hij zich bevrijd heeft van de gedachte, die evengoed de inquisiteurs als de vrijdenkers gevangen houdt: dat de waarheid altijd en voor allen dezelfde is, en omdat hij tegelijkertijd door zijn typisch-Christelijke liefde voor het volk aan de denkwereld van dat volk gehecht blijft. Twee waarheidssferen doordringen elkaar zonder elkaar op te heffen.

In deze novelle vindt men de tragiek van dezen schrijver wel zeer sprekend uitgedrukt. Een ongeloovige en een heilige tegelijk: in die ‘eenheid van tegendeelen’ vindt men den ganschen Unamuno. Daarom was er geen contemplatieve ouderdom voor hem weggelegd, maar een tragische dood na een tragisch, maar ontzaglijk vruchtbaar leven. Niet alleen Spanje, maar ook Europa heeft aan Miguel de Unamuno zeer veel te danken. Er zullen tijden komen, waarin men dat gemakkelijker kan erkennen dan tegenwoordig, nu de politieke tegenstellingen Spanje ruïneeren.

M.t.B.