Menno ter Braak
aan
Cor Bruijn

Den Haag, 31 mei 1937

Den Haag, 31 Mei '37

Kraaienlaan 36

Zeer geachte Heer Bruijn

De vondst heeft in belangrijkheid al mijn verwchtingen overtroffen, maar de bewerking van een en ander heeft mij vrijwel een week gekost. Nu zal hopelijk hedenavond het artikel in Het Vad. verschijnen, dat mij op zijn minst sensationeel lijkt. Ik heb zelden een correspondentie met zooveel gespannenheid gelezen als deze, waarin trouwens de tragedie van vader en zoon veel sterker spreekt dan in de brieven van Multatuli aan Funke.

Ik heb geprofiteerd van Uw notitie, maar weet nog enkele dingen niet terecht te brengen, ook de dateering kostte mij hier en daar eenige moeite, aangezien er een paar niet-gedateerde brieven en fragmenten bij zijn; de fragmenten waren in de volgorde, waarin ik ze vond, beslist niet op hun plaats, om in een en ander nog meer waarheid te brengen voor de publicatie in Gr. Nederland, zou ik b.v. nog graag dit willen weten:

1o is de geadresseerde ‘mejuffrouw’ van den eersten brief mej. M.C. Meijer, de tweede vrouw v.d. Hoeven?
Zoo ja, wanneer is zij precies met v.d. H. getrouwd?
Wie was zijn eerste vrouw (waarvan n.l. in één der fragmenten sprake schijnt te zijn (‘schrijf me voorloopig op briefkaart, hoe 't met uw vrouw is’)?
En kunt u de precieze geboorte- en sterfdatum van den heer en mevr. v.d. Hoeven-Meijer te weten komen?
2o de titels (met uitg.) van de boekjes door v.d. Hoeven jr. geschreven, ik zag ze bij u, maar vergat ze te noteeren, omdat ik nog niet wist, hoe de vork in den steel zat.
3o hebt u eenig idee van de structuur van dat museum van v.d. H.? Hoe het verbonden was met de uitgeverij b.v.?
4o is de ‘6de uitgaaf’ uit den eersten brief werkelijk van den eersten bundel Ideeën?
5o er is een los blaadje, dat achteraan lag, en dat nergens bij hoort. Daarin staat: ‘Niemand dankt u ervoor als ge uit vrees voor z'n booze tong iets nalaat of uitstelt’ etc. Waar zou dat op kunnen slaan? Leefde zijn eerste vrouw toen nog?
Is de heer v.d. H. hier al op weg mej. Meijer aan den haak te slaan? Leefde zijn eerste vrouw toen nog?
Is hij daarvan gescheiden, of ‘ontstierf’ zij hem?
6o kent mevr. v.d. H. ook den heer van Beest Holle, waarmee Edu relatie onderhield? En kent zij misschien dien mr. Rubens, aan wien Edu een briefkaart heeft geschreven?
7o ook de zaak Riedel is mij nog niet geheel duidelijk. Die zaak is niet dezelfde als die met de ‘juffrouw’, want er wordt door Mult. nadrukkelijk onderscheid tusschen gemaakt!
8o is Bastiaan Korteweg, die zich van kant maakte, familie, broer? van den wiskunde leeraar D.J. Korteweg (later professor in de wiskunde), met wien Mult. bevriend was?
9o is u of mvr. v.d. H. iets bekend over dien heer J., die voor Mult. leest en hem met ‘rodderij’ overstelpt? De dingen, die hij voor v.d. H. wil schrijven, lijken mij Adversaria te heeten, maar ik heb er nooit van gehoord.

z.o.z.

Verder ben ik, geloof ik, wel in de oplossing van diverse moeilijkheden geslaagd. Als u er nog eens een bezoekje aan de oude douarrière aan wilt wagen, zal ik u zeer dankbaar zijn. Het spreekt vanzelf, dat ik van uw vriendelijke medewerking aan dit onderzoek zoowel in Het Vad. als in Gr. Ned. gewag maak; dit zeg ik niet om u te complimenteeren, maar omdat u mij werkelijk de waardevolste aanwijzingen geeft en ik het dus op zijn minst zeer onbillijk zou vinden, wanneer ik het niet deed.

Aangezien Lehnmann deze week nog in Den Haag blijft, riskeer ik het maar de brieven hierbij aangeteekend terug te zenden. Wilt u ze aan den heer v.d. H. teruggeven? Dat maakt den beste indruk. Ik schrijf hem met gelijke post.

Met v. gr. en nog eens dank voor uw hartelijke ontvangst, ook aan uw vrouw en dochter

Uw dw,

Menno ter Braak

Ik heb uw notities nog even hiergehouden, omdat er een paar verwijzigingen in staan, die ik misschien nog kan gebruiken.

Origineel: Den Haag, Letterkundig Museum

vorige | volgende in deze correspondentie
vorige | volgende in alle correspondentie