Henrik Scholte
aan
Menno ter Braak

Nieuwer Amstel, 9 december 1930

9 December 30

 

B.M.

Hierbij per expresse de 8 briefjes (Amsterdam natuurlijk onnoodig) aan de Afdeelingssecretarissen, die je wel dadelijk wilt doorsturen. Was dat tweemaal typen nu heusch zooveel werk, dat jij dat niet even kon waarnemen?

De instructie is zoo dunkt mij volledig. Over den aard der vergadering wordt natuurlijk niets gezegd. Het agendapunt staat op de convocatie. Clausen heeft de convocaties vandaag niet klaar gekregen. Hij zal ze echter morgen om 11 uur 's morgens per expresse naar de secr. versturen. Naar Rotterdam gaan 400. Het spreekt vanzelf, dat de Filmliga Rotterdam, tegen wie bij eenig conflict de houding van het H.B. gericht zal zijn, van het houden van deze vergadering zoo volledig mogelijk op de hoogte moet zijn. Zij kunnen dan zelf kiezen of zij hun eigen voorstelling of deze vergadering belangrijker vinden. Ik blijf het nog steeds vreemd vinden, dat Huyts je Zaterdag, toen Jordaan je opbelde, niet van de te houden voorstelling op de hoogte gebracht heeft, waardoor wij datum fixeerden en zaal huurden, onkundig van het feit, dat wij er Rotterdam mee handicapten. Je wilt hem echter wel van onze pogingen om het alsnog te veranderen op de hoogte brengen en wellicht adviseeren, indien eenigszins mogelijk de voorstelling te Rotterdam te verplaatsen. Indien dat onmogelijk is, verwachten wij in elk geval Huyts hier met de beide officieele Afgevaardigden, die jullie misschien in Bestuurs of Ledenvergadering wilt benoemen.

Wij hopen hier nog steeds, dat aan een scherp conflict de spits kan worden afgebroken door een onderhoud tusschen Nederlandsche Filmliga en Tuschinski, kunnen daarbij echter niet van een tusschenpersoon noch ook van Zaterdag a.s. ter tafel gebrachte en door ons niet meer te onderzoeken voorstellen gebruik maken.

Naar aanleiding van het telefoongesprek van hedenmiddag bevestig ik je dus, dat het H.B. aanneemt, dat het standpunt van Huyts dat is van het Bestuur van Rotterdam, genomen bij jouw afwezigheid. Aan van Ravesteijn heb ik heden geschreven. Doe jij je best bij Huyts, dat de vergadering indien mogelijk zonder openlijk conflict, waarbij niemand iets kan winnen, verloopt. Het spreekt echter vanzelf, dat ons bij een positieve weigering van (het Bestuur van) de Filmliga Rotterdam om de door haar eigenmachtig en o.i. doorloopend verkeerd gevoerde onderhandelingen met Tuschinski aan het H.B. over te dragen, er van het H.B., althans de meerderheid, geen ander voorstel kan volgen dan een opheffen der Nederlandsche Filmliga, daar wij niet minus één afdeeling kunnen blijven voortbestaan noch ook als eventueele ‘studieclub’ gelijk v.R. voorstelt, tegen Tuschinski kunnen op-concurreeren.

Ik schrijf je dit standpunt uitsluitend nog eens omdat je het wellicht met eenige tact in een gesprek met Huyts te pas kunt brengen en het wellicht onaangename situaties a.s. Zaterdag kan vermijden.

Indien wij dus voor dien tijd niets van Rotterdam hooren....tot a.s. Zaterdag.

Henny

 

Origineel: Den Haag, Letterkundig Museum

vorige | volgende in deze correspondentie
vorige | volgende in alle correspondentie