E. du Perron
aan
Menno ter Braak

Parijs, [3 augustus 1935]

Parijs, 3 Augustus.

Beste Menno,

Gisteren heb ik aan alle menschen (Jan, Henny, etc.) geschreven dat ik naar de Morvan trok, en wel de 7e, dus Woensdag a.s. Vandaag weet ik alweer niet of het wel doorgaat! Clara Malraux heeft ons nl. de overkomst aldaar aangekondigd van allerlei duitsche emigranten, die mij niets aantrekken. Misschien blijf ik dus hier, of ga meteen door naar Aix-en-Provence, God weet. Als ik wèl ga, stuur ik je vandaar een kaart, vóór 15 Aug. Tusschen 15 en 20 Aug. moèt ik in Aix zijn, als ik daar nog heen ga. [Met het oog op Noth.] Maar eerlijk gezegd staat alles mij tegen, of op zijn best laat het mij onverschillig. Misschien kom ik eind Augustus in Holland, misschien pas begin September; maar deze berekeningen hangen vooral af van Gille, die ik nog 10 dagen hier wou ‘trekken’, dus werkelijk...

Wat Vic te vertellen had, heb ik ongeveer woord voor woord vermoed. Dit is het plotselinge karakter van den geboren karakterlooze; hij betoont karakter om karakterloos te zijn, en te blijven, en zoo lang hij kan, God helpe hem, hij kan niet anders. [Wat zijn groeien in redactiegeheimpjes betreft - elk volgt zijn noodlot!] Vestdijk heeft zich dan ‘goed’ gehouden; enfin... Toch was het verslag heel boeiend, moet ik zeggen.

Zorg er nu vooral voor, dat Virginia in het volgend nr. geplaatst wordt. Dan hebben die vlaamsche helden 4 maanden bedenktijd voor ze het Manpad bewandelen.

Zal ik dat stukje nog schrijven over Rimbaud-Decorte? Of is het de moeite niet meer?

Als je het eenigszins doen kon, zou ik zeggen: blijven nu, met Henny en Vestdijk, d.w.z. met een inderdaad opgefrischt Forum. Henny schreef mij dat hij er alleen voor voelde, om het contact met jou; ik denk dat jullie nu uitstekend zullen samenwerken, beter misschien dan wij samen. Ik heb ‘goede invloed’ of ‘invloed ten goede’ gehad, geloof ik, op jullie beiden, en mijn ‘goede invloed’ is beter dan ikzelf. Want wat dit laatste betreft, moet ik me langzamerhand als onmogelijk beschouwen, als de teekenen niet bedriegen; zooiets als de ‘karakterpatser’.

Ik ben bereid, indien noodig, op het congres te komen, eraan te werken achter de coulissen, maar niet te spreken, als dat nog eenigszins te vermijden valt. Dat spreken lijkt mij, na het congres hier, steeds potsierlijker. - Moge Huizinga aannemen, en voor of na Romein spreken. Mijn voornaamste taak moet bovendien zijn: de band met Vigilance leggen.

Voor Binnendijk bedank ik definitief; ik heb zelfs niets te schelden. Ik vind het een Kitschvent in optima forma, en ben blij dat ik nog niet door het ‘vriendschappelijke’ verkeerd hoef te kijken. Ook Bep is het hier met mij eens, for once. -

Van Truida en haar gedane stap ontvingen wij officieel bescheid, waarop wij repliceerden met 2 flamboyante, hoewel geschilderde, boeketten. Is het ‘toewijding’ of ‘uitbreiding’?

Ik stuur je dus nog bericht over waar wij verzeild raken. Veel hartelijks, ook van Bep en aan Ant,

steeds je

E.

Als Forum alleen als 3-maandelijksche publicatie voortbestaat, kan de keuze strenger blijven en de rompslomp is minder. En 10 × liever zooiets onder redactie van Henny, jou en Vestdijk, als dat kan, dan alle knoeimengseltjes met roomsche mosterd ad 12 × per jaar in 2 × 40 blzn. Ik hoop dat het zoo uitvalt!

P.S. Wind en weder dienende hoop ik je voor October òf een lange reeks beschouwingen te leveren over congres en aanverwante zaken, òf een verhaal, dat ik al krachtig in mij voel gisten. Ik lees Xenophon, Sallustius en Macchiavelli om me te prepareeren!

Bij het overlezen van je brief merk ik dat Vic je met een boodschap voor mij heeft belast. Je mag hem wat ik over hem schreef woordelijk overbrengen, graag zelfs.

Zie ook de geactualiseerde versie van het notenapparaat van de brieven-editie Van Galen Last (1962).

 

Origineel: Letterkundig Museum, Den Haag

vorige | volgende in deze correspondentie
vorige | volgende in alle correspondentie