E. du Perron
aan
Menno ter Braak

Bandoeng, 15 mei 1939

Bandoeng, 15 Mei '39.

Beste Menno,

Morgen stuur ik je, ook per gewone post, vandaar dat deze briefkaart evenzoo gaat, 2 nrs. van K. en O., waarin een antwoord op het beroemde vers van de dikke poezen door Georg Kettmann. (Ik las met plezier je bespreking.) Wil je zoo goed zijn 1 ex. aan dien heer door te sturen? - Verder weinig nieuws, dan dat ik hard werk aan mijn 2e deel Indische Belletrie, dat 2 × zoo dik wordt als De Muze. Ik tracht er zoo gauw mogelijk doorheen te komen, 1o omdat dit nuttige werk toch koeliewerk is, 2o om gauw klaar te zijn, zoodat we, zoo mogelijk, Indië kunnen verlaten. (Bv. in Aug. of Sept.) - Ik las, om jou genoegen te doen, Verworpen Christendom van Bruning, en Bep ook; maar - is 't omdat we verindischt zijn? - we hebben 't allebei eig. zeer vervelend gevonden. Goed geschreven, mèt pers. inzet - ik heb alleen de duvel aan zijn pretentieus gepruts met haakjes (heeft hij dat van den vroegeren stijl van Marsman overgenomen?) - maar après tout, wat kan me dat heele gedoe over de christenheid schelen? Die meneer Pascoaes, waar jij ook al zooveel voor voelt, lijkt me ook een zeldzaam vervelende sinjeur; kortom, ik lees dit alles zooals jij mijn dialogen over 't detective-verh., dat geeft je wel precies aan waarom ik 't eig. onleesbaar blijf vinden. Dat de man jou zoo goed apprecieert en bolle Ton zoo slecht, geeft hem recht op mijn sympathie, maar me voor hem interesseeren lukt me niet. - Ik ben nu wschl. wel in andere opzichten van jullie problemen en zorgen afgegroeid. - Niermeyer schreef me dat je een stuk voor K. en O. over Waakzaamheid had geschreven en vroeg dat nr. al aan; daar we nooit de ‘copy’ kregen, zal 't schrijven ook wel een plan gebleven zijn. Hoe gaat het verder? Misschien hoor ik bij gelegenheid toch nog wat van je? In ieder geval met Ant veel hartelijks toegewenscht door ons 2, en een hand van steeds je

E.

Zie ook de geactualiseerde versie van het notenapparaat van de brieven-editie Van Galen Last (1962).

 

Origineel: Letterkundig Museum, Den Haag

vorige | volgende in deze correspondentie
vorige | volgende in alle correspondentie