Menno ter Braak
aan
Willem Elsschot

Den Haag, 4 mei 1938

Den Haag, 4 Mei '38

Kraaienlaan 36

 

Beste De Ridder

Met gelijke post zend ik je het manuscript van ‘Het Been’ terug. Het bleef even liggen, omdat mijn broer, de ‘Lijmen’-specialist, een paar dagen uit de buurt was; hij las het boek gisteren, en was mede zeer tevreden over je veranderingen, die ook hij als groote verbeteringen beseft. Je hebt dus ook zijn zegen. Maar ik voelde dat vooruit.

Nu wat de moeilijkheid van de uitgave betreft los van ‘Lijmen’ I. Natuurlijk ben ik bereid een résumé te maken, in den vorm van een korte samenvatting van I, maar dan uiteraard anoniem. Ik heb ook aan de mogelijkheid gedacht om je mijn studie over de verhouding Boorman-Laarmans (omgewerkt uit de in Gr. Ned. en Het Vad. verschenen stukken) als inleiding aan te bieden <waarbij dan een kort begrip van den inhoud van I zou worden ingevlochten> maar 1o weet ik niet, of je voor zulk een belasting voelt (ik kan me levendig indenken, dat je er, met alle appreciatie van het stuk, geen zier voor voelt!) en 2o zou het boek daardoor wellicht wat topzwaar worden. Hoe het zij, schrijf mij geheel openhartig precies wat je noodig hebt voor dit doel. In welken vorm, hoeveel pagina's ongeveer etc.

hart. gr. je

Menno ter Braak

 

Origineel: particuliere collectie

vorige | volgende in deze correspondentie
vorige | volgende in alle correspondentie