Veertigjarig tooneeljubileum Charles Braakensiek
Onder Een Dak van Jan Fabricius
Kon. Schouwburg

Een van de leden van een bekende tooneelfamilie heeft gisteren in den Kon. Schouwburg voor een zeer goed bezette zaal zijn veertigjarig tooneeljubileum gevierd: Charles Braakensiek. Men had voor dezen feestavond een stuk uitgekozen, dat meer geschikt was om den jubilaris gelegenheid te geven zich als komische kracht te laten bewonderen dan om de Nederlandsche tooneelschrijfkunst te propageeren. ‘Onder Een Dak’ van Jan Fabricius is een tamelijk langademige historie, waar de mot in zit en de draak uit kijkt; er wordt zeer veel in geroddeld over een ouden boer, die halsstarrig is en zijn wereldsche schoondochter niet wil erkennen, en er komen een massa gepeperde hatelijkheden voor op degenen, die Heere Heere zeggen, maar achter de erfenis aanloopen.... Kortom, de auteur weet zijn onderwerp behoorlijk naar het wonderbaarlijke happy end te loodsen, terwijl Charles Braakensiek zijn drie bedrijven begeleidt met zijn humor. Deze rol van den smid Jan is een soortement ‘Einlage’, die met den gang van zaken niet veel te maken heeft; maar Braakensiek profiteert er natuurlijk van om de lachers op zijn hand te krijgen. Naast hem zagen wij o.a. Juliette Roos als zijn echtgenoote op de planken, terwijl ook de andere medespelenden (een enkele maal ook de souffleur) hun best deden den jubilaris een passende lijst te verschaffen.

Na afloop van de voorstelling is Braakensiek gehuldigd. Hij werd eerst toegesproken door dr J.H.O. Reys namens het huldigingscomité, die o.a. wethouder v.d. Bilt voor zijn tegenwoordigheid en Henri Zeldenrust (die met het Haagsche Toonkunstenaarsorkest zijn gewaardeerde medewerking verleende) voor zijn ‘luidruchtigheid’ bedankte. Spr. concludeerde vervolgens, dat Braakensiek bijna alle muzen had gediend; hij was cabaret-, film-, variété- en tooneelartiest, en dat laatste in de functie van acteur, directeur en regisseur. Er aan herinnerend, dat Braakensiek uit een beroemd tooneelspelersgeslacht was geboren (ook Marie Braakensiek stond dezen avond op de planken), herdacht spr. de te vroeg gestorven Greetje Lobo - Braakensiek. Spr. noemde Charles Braakensiek den man van het sterke spel; ‘bon sang ne peut mentir’. Hij eindigde met hem nog vele jaren toe te wenschen en met het aanbieden van een krans.

Mr Philipse roemde als vertegenwoordiger van de Commissie van Beheer de professie van artiest, die van den acteur eischt, dat hij zich altijd maar weer voor honderd procent geeft. Spr. noemde verschillende beroemde Braakensieks en besloot zijn toespraak met dezen Braakensiek een vijftigjarig jubileum te wenschen.

De heer Hollinga voerde vervolgens het woord namens de Haagsche Marcel Club en de vrienden van de Kleine Witte en bood een enveloppe en bloemen aan. De heer Burgersdijk las daarop telegrammen voor (waaronder van Marie van Eijsden - Vink, Joh. Kaart en Buziau), en Henk van Buuren sloot de rij door namens het gezelschap Braakensiek hartelijk geluk te wenschen met een mand bloemen en vriendelijke woorden.

De jubilaris heeft daarna ontroerd dankgezegd aan de verschillende personen, die hadden bijgedragen tot het welslagen van zijn feest. Hij noemde o.a. prof. v.d. Bilt, Henri Zeldenrust, zijn gezelschap, de pers en tenslotte het publiek. En daarop ging het doek weer dicht; Charles Braakensiek kon een nieuw jubileum tegemoetgaan!

M.t.B.