Dansavond Menaka
Een tweede programma
Kon. Schouwburg

Na hetgeen in het ochtendblad van Donderdag j.l. reeds over de danskunst van deze Indische en haar ensemble is geschreven, behoef ik wel niet meer te betoogen, dat men hier te doen heeft met een alleszins merkwaardige uiting van danscultuur; ook dit tweede programma (ik kon het eerste tot mijn spijt niet zien) is zeer veelzijdig en in menig opzicht ook zeer boeiend. Men blijft als Westerling uiteraard buiten de intiemste aanraking met deze symbolenwereld; primaire, algemeen-menschelijke gevoelens worden nu eenmaal niet op algemeen-menschelijke wijze, maar door iedere cultuur weer op speciaal-cultureele wijze tot uitdrukking gebracht. Het verband tusschen religieus voorschrift en dansgebaar, tusschen taboe en ritueele beweging is in verschillende culturen zoo verschillend, dat men op een al te gemakkelijke conventie vertrouwt, als men meent in den dans een directen weerslag te hebben van het emotioneele; de dans zoowel van Jodjana als van Menaka bewijst wel precies het tegendeel. En zoo is het ook met de zeer merkwaardige muziek van dit Hindoeorkest; zij vraagt eveneens meer om verstaan te worden in den samenhang van een cultuurbeeld, dan om geïnterpreteerd te worden als een verklanking van algemeen-menschelijke gevoelens. Een dansavond als deze vergt dan ook acclimatiseering, d.w.z. een geleidelijken overgang van ons cultuurklimaat in het Indische. In hoeverre Menaka en haar mdededansers Westersche invloeden hebben ondergaan, is natuurlijk niet in een handomdraai vast te stellen; maar dit is toch wel zeker (en het blijkt uit de noodzakelijkheid van een acclimatiseerings-halfuur), dat verreweg de meeste elementen hier teruggaan op de inheemsche traditie.

Menaka is zeker een voortreffelijke danseres, die gisterenavond al bijzonder goed tot haar recht kwam in het ballet ‘Deva Vijaya Nritya’, dat zeker ook het allerbeste deel was. Maar naast haar wekt de zeldzaam expressieve danser Gawri Shankar groote bewondering (zoowel in den dans van Vayn, den god van den storm) als in het genoemde ballet. Ook Ramharayan (Shiva in twee dansen) mag met eere genoemd worden, terwijl ook de danseressen Vimalan, Malati en Damayanti lof verdienen.

Het aandeel van de muziek was ook ditmaal zeer de moeite waard, maar men moet musicoloog zijn om er over te kunnen schrijven.

De belangstelling was zeer groot en de ontvangst warm. Menaka ontving bloemen.

M.t.B.