Menno ter Braak
aan
Constant van Wessem (Den Haag)

Rotterdam, 19 juni 1930

R'dam, 19 Juni 1930

Beste Constant,

Hierbij een ‘In Memoriam’ over Just Havelaar, dat ik op verzoek van Coster voor De Stem schreef, doch dat door de weduwe van Havelaar werd geketst. Dit zal wel een praatje zijn, maar ik kreeg die commentaar, het is ook wel wat erg antipathiek voor zoo'n net familienummer.

Ik zend het aan jullie. Misschien wil je het nog voor de Bladen gebruiken, zij het wat laat. Vind je het niet de moeite waard, of te weinig actueel meer, laat het dan gerust liggen. Mocht je het plaatsen, dan s.v.p. met geen andere commentaar dan deze: Geschreven voor het Just-Havelaar-nummer van ‘De Stem’, maar in verband met het karakter van dit nummer door de redactie niet geplaatst. De lezer kan er dan zelf zijn conclusies wel uit trekken. Ik zou echter over dit ‘versche graf’ geen relletje willen.

Handel er dus mee naar welgevallen.

H.gr. tt.

Menno ter Braak

Origineel: Den Haag, Letterkundig Museum

vorige | volgende in deze correspondentie
vorige | volgende in alle correspondentie